Glycine max, de sojaboon stamt uit China en behoort tot de oudste cultuurgewassen. Vanuit Oost-Azië is de sojaboon verder verspreid geraakt. Tijdens de Tweede Wereldoorlog werden in sommige West-Europese landen op grote schaal sojabonen geteeld. In de hedendaagse moestuin is het een nog vrij onbekend gewas.
Zaaien
Lange tijd heeft men geadviseerd om sojabonen half mei te zaaien maar sojabonen zijn minder kougevoelig dan algemeen wordt aangenomen. Je kunt daarom reeds eind april in de vollegrond zaaien. Voor een versnelling van de kieming worden de zaden een nacht in lauw water voorgeweekt.
Vroeg zaaien geeft een hogere opbrengst. Het afdekken met plasticfolie, of vliesdoek bevordert de kieming. Men kan daartoe ook op mulchfolie planten. De rijenafstand bedraagt 40 à 50 cm, in de rij worden de zaden op 5 tot 8 cm gelegd.
Een andere mogelijkheid is het opkweken in potjes. Half april worden er twee à drie zaden per pot gelegd, de kiemtemperatuur bedraagt 18 °C.
In de eerste helft van mei wordt er geplant op een afstand van bijvoorbeeld 40 x 25 cm en 2 à 3 planten bij elkaar.
Standplaats
Sojabonen houden van een humusrijke, warme grond en een zonnige plaats met betrekkelijk weinig mest. Vóór het zaaien of planten wordt er 60 gram/m² 12+10+18 gestrooid, later bijmesten is niet noodzakelijk. Bij een gewashoogte van 15 cm kunnen de planten iets worden aangeaard.
Oogsten
De peulen kunnen in een jong stadium worden geplukt en als peultjes worden gegeten. Na het plukken moeten de jonge peultjes direct worden gekookt. Wilt u droge bonen oogsten, dan blijven de planten tot het afrijpen op de tuin staan. Daarna worden de planten uit de grond getrokken, aan bosjes gebonden, nagedroogd en gedorst.
Sojabonen worden voornamelijk in de Chinese keuken gebruikt, maar kunnen ook als andere bonensoorten worden bereid. Deze peulvrucht heeft een hoog eiwit- en vetgehalte. Jonge peulen, met kleine zaadkernen kunt u in de schil koken of stoven. Zijn de zaden volgroeid en de peulen nog groen, dan kunnen ze worden gedopt. De peulen worden daartoe enkele minuten in zout water gekookt en daarna gedopt.
Soja wordt echter hoofdzakelijk als droge boon bereid. In de vegetarische- en Chinese keuken worden de kiemen van de sojaboon gebruikt. De zaden kunnen op een droge, matig warme plaats worden bewaard. Groene sojabonen kunnen worden ingevroren.
Ziekten en plagen
Bladluizen zijn de belangrijkste belagers.
Teeltschema
Behoort
tot de groep van de peulgewassen
De peulgewassen vormen een grote
groep planten van de vlinderbloemenfamilie en leveren eiwitrijk
voedsel op. Bovendien hebben de planten een positieve invloed op
de bodemvruchtbaarheid : ze kunnen voedingsstoffen uit diepere
grondlagen naar boven halen en stikstof die ze via
wortelknobbelbacteriën uit de lucht kunnen opnemen, laten ze
voor een deel in de grond achter als voedsel voor het bodemleven
en de volgteelt. Op
wereldvlak is soja het belangrijkste peulgewas. Phaseolus-bonen
komen op de 2e plaats, en kikker- of kekererwt op de 3e. De erwt
komt als 4e.
Daarnaast zijn er, vooral in
tropische streken, nog heel veel peulgewassen zoals de
lablabboon (Dolichos lablab), de azukiboon (Phaseolus angularis),
de limaboon (Phaseolus lunatus), de mungoboon (Phaseolus
radiatus), de vierhoekige erwt of winged bean (Psophocarpus
tetragonolobus), de koe-erwt of cowpea (Vigna unguicuIata), de
grondnoot (Voandzeia subterranea), de aardnoot (Arachis hyprogea),
en nog vele andere die plaatselijk van belang zijn.
Hun betekenis voor de voeding
in de derde wereld kan moeilijk overschat worden.
|