Hydrangea - Hydrangeaceae
Dit geslacht telt ongeveer 80 soorten die voorkomen in de gematigde zones van Oost- en Zuidoost-Azië en van het oosten van Noord-Amerika tot in de Andes van Zuid-Amerika. Alleen in enkele warmere oorden komen groenblijvende, klimmende soorten voor. Alle gekweekte soorten zijn bladverliezend. Sommige daarvan laten spectaculaire herfstkleuren zien. In de naam Hydrangea herkennen wij het Griekse woord hydra, dat staat voor water. Dat heeft ongetwijfeld te maken met het feit dat de hortensia graag voldoende water tot zijn beschikking heeft. De bladeren zijn tegenoverstaand, gesteeld, meestal rondachtig tot langwerpig, vaak heel groot en slap. De bloemen ontwikkelen zich in eindstandige pluimen met veel bloemen. Binnen een bloeiwijze bevinden zich meestal steriele en vruchtbare bloemen. De vruchtbare bloemen zijn over het algemeen klein, de steriele randbloemen zijn daarentegen door een vergrote kelk omgevormd tot lokbloemen en daarom verhoudingsgewijs groot en wit of bont gekleurd. Alle geteelde hortensia rassen en soorten zijn door hun grote bloeiwijzen zeer decoratieve struiken. Ze hebben in de tuin een tegen de wind beschutte plaats en een enigszins vochtige, diepe grond nodig. Bij droog zomerweer is regelmatig gieten noodzakelijk.
Waar zijn de planten
van dit geslacht
verkrijgbaar?
Zie deze
plantenlijst
van Plantenvinder.NET
|
|
|
Naam: Hydrangea paniculata ´Silver Dollar´ Nederlandse naam:
pluimhortensia, waterstruik
Andere gebruikte benamingen:
Bloeitijd: 6-7
Bloemkleur: crèmewit
Hoogte min-max: 1.5-1.75
Bladeren: groot, ovaal donkergroen
|
Zoek FOTO op Google
|
Informatie, teelt:
Hydrangea paniculata ´Silver Dollar´ produceert losse, piramidevormige trossen van fertiele bloemen aan 1.5 meter hoge stelen. Een vroegbloeiende crèmewitte cultivar.
Paniculata soorten:
Hydrangea paniculata is één van de weinige hortensias die wel goed kunnen worden gesnoeid. Schrik er niet voor terug om in het vroege voorjaar een flink eind terug te snoeien. Dit komt de bloei alleen maar ten goede.
Voor een dichte (groeps)beplanting is een plantafstand tussen de 1 en de 1,5 m optimaal. Ook is het mogelijk om de struik op een korte stam te kweken. Een klein nadeel is dat de takken kunnen bezwijken onder het gewicht van de enorme bloemtrossen. Vooral met een zware regenbui is hier kans op en is het verstandig om de vrijstaande struiken licht te ondersteunen.
Standplaats:
Verlangt een standplaats in de volle zon op een licht beschutte plek.
Vermeerderen door stekken.
-
-
deze plant
is geschikt voor aanlevering van snijbloemen
-
geschikt
voor groepsbeplantingen
-
geschikt
voor een solitaire positie in een beplantingsschema
-
Zone (USDA):
5-9
|
|